De mens als festivaldier

Van Pinkpop tot Lowlands: liefhebbers kunnen deze zomer weer volop genieten van het festivalseizoen. Cultuurhistoricus Floris Meens onderzoekt waarom we al eeuwen feesten met vreemden. Een stoffig veld, bonkende muziek, een handvol kwijt te raken consumptiemunten en heel veel mensen: dat is hoe het festival er vandaag de dag ongeveer uitziet. Maar een paar keer per jaar de massa opzoeken is niets nieuws.

Van middeleeuwse processies tot dance-events en van Romeinse landbouwfeesten tot poppodia. De vorm verandert, maar het verlangen om met anderen – vaak vreemden – samen te komen, blijft. Maar waarom eigenlijk?

Goede burger
Al in de Grieks-Romeinse oudheid bestonden er festivals, vertelt cultuurhistoricus Floris Meens van de Radboud Universiteit. “Die waren voornamelijk bedoeld om de goden gunstig te stemmen.” De ‘Dionysia’ bijvoorbeeld, festivals in het oude Athene ter ere van de god Dionysus. Tijdens deze meerdaagse festivals werden niet alleen offers gebracht en processies gehouden; er was ook ruimte voor entertainment zoals lofliederen en theatervoorstellingen.

Ook tijdens de middeleeuwen bleven vieringen belangrijk. “Al stonden de evenementen die toen in West-Europa werden georganiseerd, nu in het teken van het christelijke geloof. De festiviteiten bepaalden ook de kalender, doordat ze jaarlijks terugkwamen.”

Lees hier het volledige artikel.