Japanse 60-plussers met een verhoogd risico op hart- en vaatziekten hebben geen baat bij het preventief gebruik van een dagelijkse lage dosis aspirine. Cardiovasculaire sterfte en ziekte kwamen even vaak voor bij mensen die aspirine slikten en mensen die dit niet gebruikten.
Dit werd vermeld door Yasuo Ikeda en collega’s in JAMA (2014; epub 17 november).
In het Japanese Primary Prevention Project (JPPP) bestudeerden Ikeda en medewerkers of een dagelijkse lage dosis aspirine (100 mg) het optreden van cardiovasculaire aandoeningen kon verminderen in een groep oudere Japanners (60-85 jaar). De deelnemers hadden geen hart- en vaatziekten maar wel risicofactoren hiervoor, zoals een verhoogde bloeddruk, dyslipidemie of diabetes mellitus. De helft van de 14.464 deelnemers begon met het gebruik van aspirine terwijl de andere helft dit niet gebruikte – wegens Japanse ethische standaarden was een placebobehandeling niet toegestaan.
De bedoeling was om patiënten voor 6,5 jaar te volgen, maar na een follow-upduur van ruim 5 jaar werd de studie stopgezet door de datamonitoringscommissie. Deze commissie vond het onwaarschijnlijk dat de studie voldoende statistische power zou krijgen om een verschil tussen de groepen aan te tonen. Op dat moment was er geen verschil in het optreden van een samengestelde uitkomstmaat van cardiovasculaire sterfte en niet-fatale hart- of herseninfarcten: 2,77% in de aspirinegroep en 2,96% in de groep die geen aspirine gebruikte. Aspirinegebruik bleek wel gerelateerd aan een significante afname van niet-fatale hartinfarcten maar daar tegenover stond een toename van het aantal ernstige bloedingen.
Lees hier het volledige artikel.