Ook recessieve genen onderhevig aan Darwiniaanse selectie

Als groep zijn dragers van recessieve aandoeningen wel degelijk ietsje minder gezond en hebben ze ook een verminderde kans op nakomelingen. Bij dragers van een recessief gen voor verstandelijke beperkingen is dat nadeel het grootst en aantoonbaar via een kortere schoolcarrière en een hogere kinderloosheid.

Dat schrijven onderzoekers van het Radboudumc in een artikel in Nature human behaviour. Tijd voor het herschrijven van de studieboeken?

Onderzoekers van het Radboudumc, afdeling Klinische genetica, toonden in 2014 in een publicatie in Nature iets bijzonders aan. Tegen de verwachting in was overerving van de genen van ouders meestal níet verantwoordelijk voor de verstandelijke beperking van hun kinderen. In verreweg de meeste gevallen ontstond die door een spontane mutatie: een mutatie die beide ouders niet hebben, maar ineens wel bij het kind opduikt.

Het is een biologisch gegeven dat bij ieder kind ongeveer honderd spontane mutaties optreden in het erfelijk materiaal. Veranderingen die dus niet afkomstig zijn van de ouders. Gemiddeld treft maar een van die honderd mutaties een gen. De kans is nog veel kleiner dat die mutatie nou net een van de honderden genen treft die een verstandelijke beperking kunnen veroorzaken. Maar ook al is het zeldzaam, het gebeurt dus wel degelijk. De meeste verstandelijke beperkingen ontstaan op deze manier.

Lees hier het volledige artikel.