Patiënten met een groot herseninfarct herstellen niet beter als ze eerst een stolseloplossend middel krijgen voordat zij verder worden behandeld. Dat blijkt uit een groot internationaal onderzoek van neurologen en radiologen uit 20 ziekenhuizen.
Het onderzoek is uitgevoerd binnen het CONTRAST consortium en gecoördineerd door Amsterdam UMC. De bevindingen zijn gepubliceerd in het wetenschappelijke tijdschrift The New England Journal of Medicine.
Een herseninfarct – waarbij een stolsel plots een bloedvat in de hersenen afsluit – heeft vaak ernstige gevolgen. Sinds een paar jaar is de prognose ervan aanzienlijk verbeterd. Dat komt door een nieuwe behandeling waarbij artsen het bloedstolsel dat het infarct veroorzaakt, verwijderen met een katheter.
Van oudsher krijgen patiënten voorafgaand aan deze behandeling een middel om het bloedstolsel op te lossen: alteplase. Maar soms krijgen zij als complicatie een bloeding en dan kan zo’n stolseloplossend middel juist een nadeel zijn. De onderzoeksvraag was dan ook of alteplase, naast de katheterbehandeling, van toegevoegde waarde is. Uit het onderzoek blijkt nu dat er geen duidelijk verschil is tussen behandeling met of zonder stolseloplosser vóór de katheterisatie van het infarct.
Lees hier het volledige artikel.