Jaarlijks krijgen 6000 Nederlanders met een hoog risico op plotse hartdood een Implanteerbare Cardioverter-Defibrillator (ICD). Dit is een inwendig apparaat dat een schok geeft bij een levensbedreigende hartritmestoornis.
Maar een ICD helpt niet bij elke patiënt om overlijden te voorkomen, terwijl patiënten wel complicaties kunnen krijgen na plaatsing van een ICD. Deze complicaties komen te weinig of niet aan bod in het voorlichtingsmateriaal.
Meerdere afspraken moeten dit jaar al leiden tot verbetering van passende zorg bij het plaatsen en vervangen van een ICD. Dit schrijft Zorginstituut Nederland in het ‘Verbetersignalement Zinnige Zorg Implanteerbare Cardioverter-Defibrillator (ICD)’.
Preventieve plaatsing ICD niet altijd passende zorg
83% van de patiënten die een ICD krijgt, heeft nooit eerder een ernstige hartritmestoornis gehad. Zij krijgen preventief een ICD. Maar doordat door verbeterde behandelingen de kans op een ernstige hartritmestoornis is gedaald, hoeft de ICD nooit ‘in actie te komen’ om overlijden te voorkomen. Dit was voor het Zorginstituut reden om in het kader van het programma ‘Zinnige Zorg’ te onderzoeken of een ICD voor deze patiënten nog wel passende zorg is.
Lees hier het volledige artikel.