De eerste drie maanden van decentralisatiejaar 2015 zijn zonder grote rampen verlopen. Dat zei staatssecretaris Martin van Rijn (VWS) gisteren tijdens het Algemeen Overleg over de voortgang van de zorgtransitie. Het parlement maakt zich desondanks zorgen over dreigende nieuwe bezuinigingen op het gemeentebudget en de almaar groeiende administratieve lasten.
‘Ik noem de overgang beheerst. En dat is een heel beheerste uitdrukking. De hel en verdoemenis die door veel Kamerleden vorig jaar zijn voorspeld, blijken niet te zijn uitgebroken.’ Zo reageert Van Rijn op kritiek van de oppositie. Die stelt dat door de overheveling van zorgtaken van het Rijk naar gemeenten dit jaar mensen onnodig van het kastje naar de muur worden gestuurd. De 30.000 ontslagen in de huishoudelijke hulp, de bedreiging van beschermd wonen, toenemende bureaucratie en de dreigende nieuwe korting op de Wmo en jeugdzorg van minimaal 270 miljoen worden genoemd als punten van ernstige zorg.
Nieuwe bezuiniging
De korting op het Wmo-budget gaat gewoon door, blijkt uit de reacties van Van Rijn. ‘Het gaat hier niet om een discussie over de grootte van de koek. De gemeenten hebben minder budget uitgegeven dan we hadden geraamd en de uitstroom uit de Wlz gaat minder snel. Ik probeer hier een redelijke oplossing voor te vinden. Dat heeft enige haast want het moet voor het verschijnen van de mei-circulaire gebeuren.’ Dit antwoord bevalt de Kamer niet. SP-Kamerlid Renske Leijten zegt: ‘Er is nooit afgesproken dat de Wlz en de Wmo communicerende vaten zouden zijn. Ik denk dan ook niet dat als andersom was gebleken dat er te veel was uitgegeven in de Wmo en te weinig in de Wlz er met budgetten zou worden geschoven door het ministerie.’
Lees hier het volledige artikel.