Hoe ontstaat pijn?

Ons lichaam zit vol met zenuwen. Deze zenuwen verbinden plekken in ons lichaam met onze hersenen. Een groot deel van deze zenuwen functioneren als het ware als voelsprieten van je hersenen. Wanneer je ergens in je lichaam iets voelt, gaat er eerst een signaal van de plek waar het gebeurt, vanaf de zenuwuiteinden, via je ruggenmerg naar je hersenen.

Voor pijn heeft je lichaam speciale sensoren in de zenuwuiteinden. Je hersenen geven een betekenis aan het signaal dat binnenkomt en beslissen of je daadwerkelijk pijn voelt of niet. Het hele signaal tot aan je hersenen is dus nog geen pijn. In feite voel je pijn pas als je hersenen het signaal uitleggen samen met de emoties of stemming die je in die situatie hebt. Pijn voel je dus met je brein!

Bij chronische pijn is er iets anders aan de hand. Pijn lijkt van dezelfde plek af te komen als waar deze was begonnen, maar er is geen schade meer te zien. Waardoor de pijn aanwezig blijft is niet duidelijk, maar ook hier voel je de pijn met je hersenen. Omdat het mechanisme zo onduidelijk is bij chronische pijn, is de behandeling ook zoveel lastiger.

Kan je zenuwstelsel veranderen?
Vroeger dacht men dat het zenuwstelsel een vast gegeven was en niet meer kon veranderen wanneer het eenmaal volgroeid was. Inmiddels weten we dat dit niet waar is. Naarmate zenuwenbanen veel gebruikt worden, worden ze sterker. Het omgekeerde gebeurt ook: zenuwenbanen die niet of weinig gebruikt worden sterven af. Op dezelfde manier is het ook mogelijk om nieuwe verbindingen te maken. Je kan je brein als het ware “opnieuw inrichten”.

Lees hier het volledige artikel.