Veel mensen die huishoudelijke hulp, begeleiding of andere vormen van Wmo-hulp krijgen, moeten vanaf 2027 meer betalen. Als het aan het kabinet ligt, worden de kosten namelijk inkomensafhankelijk. Budgetvoorlichter Nibud maakt zich zorgen over de snel stijgende eigen bijdrage voor onder meer arbeidsongeschikten.
Voor de meeste voorzieningen in de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo), zoals huishoudelijke hulp, dagbesteding en begeleiding, betaal je sinds 2019 zo’n twee tientjes per maand. Dat bedrag staat los van je inkomen en vermogen. Maar in maart besloot het kabinet tot een inkomensafhankelijke bijdrage tot 328 euro per maand. Die plannen liggen nu bij de Tweede Kamer.
Wie boven de inkomensgrens van 135 procent van het sociaal minimum zit, moet meer betalen. Per 100 euro aan inkomsten boven die grens betalen Wmo-gebruikers straks mogelijk 10 euro extra. Dat is een te snelle stijging van de kosten voor een groep die financieel vaak al kwetsbaar is, berekende het Nibud in opdracht van Ieder(in), de belangenbehartiger van mensen met een beperking.
Lees hier het volledige artikel.