Zo voorkom je volgens huisarts het beste dat je het krijgt.
Witte schilfers op je voetzolen en kloofjes tussen je tenen. Zwemmerseczeem is een vervelende aandoening die de huid van je voeten aantast en zorgt voor jeuk, jeuk en nog eens jeuk. Hoe krijg je het, en hoe zorg je dat het weer verdwijnt?
Huisarts Mariette Willemse buigt zich over tien feiten en fabels over zwemmerseczeem, en geeft tips om het te voorkomen.
Over het algemeen beschermt je huid je tegen schimmels die willen binnendringen, maar als de huid beschadigd of week is, of als je diabetes hebt, slaat zwemmerseczeem sneller toe. Zwemmerseczeem, ook wel bekend als voetschimmel, is een veel voorkomende schimmelziekte.
Na besmetting gaat de huid van de voeten, vooral tussen de tenen, schilferen. De plekken hebben vaak een andere kleur dan je huidskleur: rood, lichter of juist donkerder. Soms met blaasjes, puistjes en dikker eelt.
Vochtige, warme omgeving
De schimmel plant zich voort in de buitenste laag huid van je voeten en laat sporen achter in huidschilfers. Deze laten los, waardoor de schimmel zich verspreidt. Een schimmel groeit erg goed in een vochtige, warme omgeving. Veel besmettingen vinden dan ook plaats in ruimtes waar schimmels goed gedijen en je voornamelijk op blote voeten loopt, zoals in kleedkamers, sauna’s, douches of – jawel – zwembaden.
Lees hier het volledige artikel.