Onderzoek ziekenhuismaaltijden Het eten is té slecht, zei een patiënt in Nijmegen. Zo begon een project voor beter ziekenhuiseten, dat ook het herstel bevordert.
Het is vijf uur, etenstijd op de afdeling hematologie van het Radboud universitair medisch centrum. In de pantry zetten twee verpleegkundigen pannetjes van zwart keramiek op dienbladen. Voor de ene patiënt is er macaroni, een ander krijgt krieltjes met doperwtjes, worteltjes en een stukje zalm, en voor weer iemand anders staat er alleen beschuit op het menu. De patiënten hier worden behandeld voor kanker van het bloed, beenmerg of de lymfeklieren. Niet iedereen heeft evenveel honger.
Een prettige etenslucht verspreidt zich over de afdeling. „Het is belangrijk dat het eten in een ziekenhuis lekker ruikt en dat de geur niet te doordringend is”, zegt arts Dorian Dijxhoorn (1989). „Dat is het eerste waarmee patiënten rond etenstijd worden geconfronteerd. Als die tegenstaat, hebben ze meteen ook minder zin in de maaltijd.”
Dijxhoorn promoveert deze week in Nijmegen met het proefschrift Hospital Meal Services. Daarin onderzoekt ze de effectiviteit van de nieuwe maaltijdservice die recentelijk bij het Radboudumc is ingevoerd. „De aanzet daartoe werd gegeven door een patiënt op de afdeling oncologie. Die zei: het eten is té slecht, dit kan zo niet langer. Andere patiënten sloten zich daarbij aan.
Lees hier het volledige artikel.