Zekerheid over zware zorg. Dat is wat staatssecretaris Martin van Rijn (VWS) biedt met de Wet langdurige zorg. Deze wet verzekert de (instellings)zorg voor de meest kwetsbare ouderen en gehandicapten in Nederland. Het is daarmee de sluitsteen van de hervorming van de langdurige zorg.
Staatssecretaris Van Rijn: ‘De meest kwetsbare mensen in onze samenleving moeten altijd verzekerd zijn van goede zorg. Met de Wet langdurige zorg (Wlz) regelen we die zorg en het recht op een plek in een instelling, wanneer thuis wonen niet langer meer gaat.’
De Wlz is aan de Tweede Kamer verzonden.
Sluitsteen van de hervorming
De Wlz sluit aan op de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) en de Zorgverzekeringswet (Zvw). De Wmo is gericht op participatie en regelt hulp en ondersteuning, toegesneden op de persoonlijke omstandigheden van mensen. De Zvw regelt de medische zorg gericht op genezing bijvoorbeeld via het recht op wijkverpleegkundige zorg. De Wlz garandeert passende zorg en een veilige woonomgeving. Wanneer dat in de thuissituatie niet langer gaat: dan is er altijd plek in een instelling. Eerder was al toegezegd dat wie nu in een instelling verblijft zijn recht op verblijf behoudt.
Zware zorg blijft verzekerd
De Wlz is bedoeld voor mensen die vanwege een (somatische of psychogeriatrische) aandoening, beperking (verstandelijke, lichamelijke of zintuiglijke) handicap een blijvende behoefte hebben aan permanente toezicht en zorg. De wet vervangt de AWBZ en streeft die op een aantal belangrijke punten voorbij, omdat:
-
voor cliënten meer rechtszekerheid wordt gecreëerd via het vastleggen van het verzekerd pakket en de zorginhoudelijke toegangscriteria op wetsniveau (in de AWBZ was dit in lagere regelgeving vastgelegd);
-
de zorgplanbespreking wettelijk verankerd wordt, waardoor de wensen, mogelijkheden en behoeften van de cliënt meer centraal komen te staan in de zorgverlening en er meer nadruk komt op de betrokkenheid van het sociale netwerk van de cliënt;
-
het persoonsgebonden budget (pgb) en het volledige pakket thuis (vpt) als volwaardige leveringsvormen in de wet worden vastgelegd, waardoor de keuzevrijheid van de cliënt wordt versterkt;
-
de eisen die gesteld worden aan het pgb en vpt worden aangescherpt waardoor er meer waarborgen zijn dat de zorg buiten de instelling verantwoord is.
Zeggenschap cliënt en mantelzorger
Als zorg thuis niet meer gaat, moeten naasten ook betrokken kunnen blijven bij de zorg voor partner, familie of vrienden. Die weten vaak het beste hoe iemand is en wat goede zorg voor hun naaste betekent. Het bespreken van een zorgplan wordt daarom wettelijk vastgelegd. Cliënt en mantelzorger kunnen daarmee veel meer zelf aangeven wat zij van goede zorg verwachten.
Bron: ministerie van VWS