Wintertijd: Klok achteruit, medicijnen gewoon op dezelfde tijd

In de hele Europese Unie begint in de nacht van zaterdag 27 oktober op zondag 28 oktober de zomertijd. De klok wordt om 2 uur een uur achteruit gezet, van 2 naar 3 uur. Door de zomertijd kunnen we ‘s avonds een uur langer van het daglicht profiteren. Als de klok wordt verzet vanwege de zomer- of wintertijd, neem dan de medicijnen in op de tijden die u gewend bent. U hoeft dus niet te schuiven met uw innametijden. Bij vragen of twijfel kan het beste de apotheek worden geraadpleegd.
Dit betekent dat u eenmaal per jaar een uur te vroeg uw medicijnen slikt en eenmaal per jaar een uur te laat. Omdat dit maar twee keer per jaar gebeurt, is het niet erg.  De zomertijd gaat elk jaar in het laatste weekeinde van maart in en eindigt in het laatste weekeinde van oktober. (ezelsbruggetje: in het VOORjaar gaat de klok een uur VOORuit).
Submitted by Redactie Medicalfacts/ Janine Budding on 27 oktober

 

De zomertijd loopt alweer bijna op zijn eind.  Komend weekeinde gaan we opnieuw de wintertijd in. Op zondag 31 oktober draaien we om 03.00 uur de klok een uur achteruit, zodat we op GMT+1 (02.00 uur) komen in plaats van GMT+2. GMT is de wereldtijd. Als het wintertijd wordt gaat de klok van 3 uur ‘s nachts naar 2 uur ‘s nachts, achteruit dus. De “wintertijd” is eigenlijk de gewone tijd en duurt vijf maanden. Bij overgang naar wintertijd schuift de daglichtperiode een uur op waardoor het ‘s ochtends eerder licht en ‘s avonds eerder donker wordt. Als de zomertijd ook in de winter zou gelden dan zou het rond de jaarwisseling pas rond 9 uur ‘s ochtends licht worden.

Officieel gebeurt dat  zondag 31 oktober om 3.00u ‘s morgens. Het voordeel is dat we een uur extra hebben! Niet iedereen vindt de omschakeling van zomer naar wintertijd fijn omdat hun biologische klok dan van slag is.

Hieronder wat tips:

Wanneer je beddtijd bv 23.00 uur is, ga dan vandaag om 23.30 slapen, vrijdag om 23.45 en zaterdag om 00.00u. Dan is het wintertijd nl 23.00 uur!!! De omschakeling is dan niet zo groot. Zorg er daarna voor dat je elke dag op hetzelfde tijdstip naar bed en sta op hetzelfde tijdstip op. Ook in het weekend.
Start op de avond voor de omschakeling een uur voor bedtijd met je gebruikelijke rituelen: deuren op slot, pyjama aan en tanden poetsen. Doe niets actiefs meer. Verminder lichtprikkels en geluidsprikkels.
Neem in het begin zoveel mogelijk daglicht tot je.
Als je wekker gaat, synchroniseert je biologische klok zich met de werkelijke tijd. Wees meteen actief en zorg voor veel licht en veel geluid.
Maak je het toch een keer laat, slaap dan pas uit wanneer je minimaal 1,5 uur later naar bed gaat dan je gebruikelijke bedtijd. Is je bedtijd 23:00 uur, dan hoef je dus pas aan uitslapen te denken als je om 00:30 uur naar bed gaat. Slaap in dat geval maximaal 1,5 uur uit. Staat je wekker normaal op 7:00 uur, dan maak je er dus hooguit 8:30 uur van. Wordt het extreem laat, bijvoorbeeld 5 uur ’s nachts, probeer dan in totaal maximaal 8 uur te slapen.
Doe geen dutjes overdag in de periode dat je je ritme aan het aanpassen bent. Dit vermindert de slaapdruk die je overdag opbouwt voor ’s nachts, waardoor je toch moeilijk inslaapt.