Op straat is er paniek, maar de uitbraak in Wuhan komt voor viroloog Eric Snijder niet als een verrassing. Hij doet al jarenlang onderzoek naar dit soort virussen, maar de financiering is beperkt.
Gesloten scholen, winkels en treinstations in Wuhan. Mondkapjes domineren op veel plaatsen in China het straatbeeld. De angst voor een nieuw ontdekt coronavirus (2019-nCoV) zit er goed in. “De paniek is echt en zal ook nog wel even aanhouden”, stelt Eric Snijder, hoogleraar moleculaire virologie aan de Universiteit Leiden. “Pas over een paar maanden weten we welke kant dit opgaat.”
Snijder doet al dertig jaar onderzoek naar coronavirussen. Hij herinnert zich nog levendig de uitbraak van het SARS-virus (Severe Acute Respiratory Syndrome) in 2003. “Destijds raakten er in een half jaar tijd achtduizend mensen geïnfecteerd en vielen er zo’n achthonderd doden”, vertelt hij. “Het aantal mensen dat besmet is met het nieuw ontdekte coronavirus gaat daar vandaag of morgen waarschijnlijk al overheen.”
SARS-achtig virus
De uitbraak in Wuhan komt voor hem niet als een verrassing. “Dit specifieke virus was nog nooit eerder gezien, maar het is genetisch voor tachtig procent identiek aan SARS. We weten dat er allerlei SARS-achtige virussen uitbundig circuleren in vleermuizen en ook dat een deel van die virussen in staat is om over te stappen naar mensen.” Sommige hebben daar zelfs nauwelijks aanpassingen voor nodig, zo beschreven Amerikaanse virologen al in 2013 en 2015 in vakblad Nature.
Lees hier het volledige artikel.