Wat is een MRI-scan en wat is het verschil met een CT-scan?

Een MRI (magnetic resonance imaging) is een beeldvorming met magnetische resonantie. Vroeger werd het ook NMR (nuclear magnetic resonance)-scan genoemd, wat bij sommige mensen een beeld van kernreacties en schadelijke straling opriep. Het wordt gebruikt om beelden te maken van onderdelen binnen het lichaam.

Andere methodes van beeldvormingsonderzoek zijn röntgenogram, computertomografie (CT-scan), behandeling met ultrasone golven, PET en scintigrafie. De radioloog en zijn of haar assistenten doen het onderzoek.

Hoe wordt de scan gemaakt?
Een MRI-scan is gebaseerd op een sterk magnetisch veld en radiogolven. Beide beïnvloeden de waterstofatomen die overal in het lichaam voorkomen en van binnen zwak magnetisch zijn. Het heeft iets te maken met veranderen van de positie binnen hun atoomkern door een draaibeweging. Tijdens de scan nemen ze energie op en verliezen ze die weer. Het weer afgeven van die energie en de tijd die ze nodig hebben om de oude toestand weer te bereiken nadat het signaal is verdwenen, wordt geregistreerd. Deze tijd is afhankelijk van de chemische omgeving van het waterstofatoom en voor elk type weefsel anders.

De computer kan met deze data doorsneden van regio’s in het lichaam in zwart-wit berekenen. Ze zijn beschikbaar als lengtedoorsnede, dwarsdoorsnede of van een zijde, en afhankelijk van de technische uitvoering ook gekleurd, driedimensionaal en als bewegend beeld mogelijk.

Lees hier het volledige artikel.