Klagen is lekker. Maar waarom is dat zo? En kun je ook te veel klagen? Quest zocht het uit. Och, ook dat nog. Het is koud, het wordt steeds vroeger donker, de treinen rijden niet en op de weg sta je vaker stil dan dat je rijdt. En nu knoei je ook nog eens koffie op je trui. Eigenlijk kun je over alles wel mekkeren.
Betekent dat altijd dat er iets mis is? Niet per se. Het is vooral vreselijk lekker om te zeuren, vooral over kleine dingen.
Op het eerste oog lijkt klagen alleen zinvol als je ergens echt iets aan kunt doen. Als je net gekochte stofzuiger defect is bijvoorbeeld, dán mag je moeilijk doen bij de winkel waar je hem kocht. Maar veel vaker lijkt klagen zinloos. Een regenbui is echt niet onder de indruk als je haar “klote” noemt. En de auto’s voor je verdwijnen heus niet als jij ze uitscheldt.
Toch komen dergelijke klachten het meest voor, blijkt uit onderzoek van onder meer Ohio University (Verenigde Staten). Drie kwart van de klachten die proefpersonen in die studie uitten, had ogenschijnlijk geen direct nut.
‘Door te klagen, herkauw je de emotie’
Door te klagen maak je een probleem in de eerste plaats juist groter, zegt communicatiewetenschapper Carmina Rodríguez Hidalgo van de Universiteit van Amsterdam. Ze doet onderzoek naar het delen van emoties. “Door te klagen, herkauw je de emotie. Je blijft eraan denken.”
Lees hier het volledige artikel.