Van de vrouwen met borstkanker en tien of meer aangedane lymfeklieren in de oksel die een hoge dosis chemotherapie kregen, zijn na twintig jaar 15% meer vrouwen nog in leven in vergelijking met vrouwen die destijds de normale dosis kregen.
Daarbij is er geen toename in tweede kankers of ernstige hart- en vaatziekten opgetreden; een gevreesd bijeffect van hoge dosis chemotherapie.
De follow up-studie, gecoördineerd door Tessa Steenbruggen (AVL) en Lars Steggink (UMCG), is gepubliceerd in JAMA Oncology.
De N4+-studie werd tussen 1993 en 1999 uitgevoerd in 10 centra in Nederland door prof. dr. Sjoerd Rodenhuis (Antoni van Leeuwenhoek) en prof. dr. Liesbeth de Vries (UMCG). De studie onderzocht de effectiviteit van hoge dosis chemotherapie ten opzichte van de normale dosis chemotherapie bij 885 vrouwen met borstkanker en minimaal vier betrokken lymfeklieren in de oksel. Om de bloedaanmaak na hoge dosis chemotherapie te laten herstellen werd de behandeling gecombineerd met een autologe stamceltransplantatie, waarbij eigen stamcellen werden toegediend.
Indrukwekkend
Tessa Steenbruggen: “Na 20 jaar follow-up zien we een belangrijke verbetering in de overleving na hoge dosis chemotherapie bij patiënten die 10 of meer aangedane lymfeklieren in de oksel hadden en een sterke aanwijzing voor verbeterde overleving bij patiënten met triple negatieve borstkanker. Helaas is de laatste groep net te klein om daar met zekerheid conclusies over te trekken, maar het is indrukwekkend dat na 20 jaar 15% meer vrouwen in leven zijn na hoge dosis chemotherapie dan na de normale dosis chemotherapie.”
Lees hier het volledige artikel.