Moderne beeldvormingstechnieken voor forensische en klinisch postmortale doeleinden.
Radiologie moet een vaste plaats krijgen in forensisch medisch onderzoek en bij het vaststellen van een (niet-)natuurlijke dood.
Radiologie moet een vaste plaats krijgen in forensisch medisch onderzoek en bij het vaststellen van een (niet-)natuurlijke dood.
Dat bepleit prof. dr. Paul Hofman, die op vrijdag 24 juni officieel is geïnstalleerd als hoogleraar ‘Forensische en Postmortale Radiologie’ aan de Universiteit Maastricht. In die hoedanigheid houdt hij zich bezig met een bijzonder vakgebied, waarbij moderne beeldvormingstechnieken worden ingezet om de oorzaak van overlijden vast te kunnen stellen. Het Maastricht UMC+ is momenteel hét nationale expertisecentrum van Nederland als het gaat om forensische radiologie.
Moderne beeldvormingstechnieken, zoals een MRI-scan of een CT-scan, zijn voor veel patiënten geen vreemd fenomeen. De radioloog maakt een nauwkeurig beeld van het inwendige lichaam om bijvoorbeeld een tumor te kunnen lokaliseren of een botbreuk zichtbaar te maken. Veel minder bekend is het gebruik van deze technieken om het lichaam van een overledene te onderzoeken. Zo kan onder meer worden vastgesteld wat de doodsoorzaak is en of een sterfgeval natuurlijk of niet-natuurlijk van aard is. Dat heeft een aantal toepassingen, zowel in de kliniek, als ook ter ondersteuning van forensisch onderzoek. Een groot voordeel is dat bij de inzet van beeldvorming het lichaam intact blijft, waardoor er veel minder ethische en morele bezwaren zijn voor een overlijdensonderzoek. Op die manier kan radiologie een belangrijke bijdrage leveren aan kwaliteitsbewaking van de klinische zorg en aan strafrechtelijke onderzoeken.
Lees hier het volledige artikel.