Als een behandeling veelbelovend lijkt voor patiënten maar nog niet bewezen effectief is, kan deze tijdelijk en onder voorwaarden worden vergoed. Op die manier kan het noodzakelijke onderzoek gedaan worden om te kijken of er voldoende bewijs is dat deze zorg echt werkt voor de patiënt. Als dat het geval is, kan een behandeling worden opgenomen in het basispakket van de zorgverzekering. Op deze manier komt er steeds meer passende zorg in het basispakket.
2 behandelingen blijken via dit traject van voorwaardelijke toelating bewezen effectief. Het gaat om langdurige, gepersonaliseerde oefentherapie bij axiale spondyloartritis en monitoring op afstand bij een ernstige vorm van chronisch hartfalen.
Langdurige en actieve oefentherapie: minder klachten door beweging
In Nederland heeft ongeveer 1 op de 200 mensen axiale spondyloartritis (axSpA), een chronische reumatische aandoening en vormt ontstekingen en klachten aan onder andere de wervelkolom en het bekken. De klachten kunnen ernstig functioneel beperkend zijn. Mensen met axSpA hebben veel moeite bij basale dagelijkse activiteiten (zelfverzorging, lopen, opstaan). Deze mensen hebben naast medicatie baat bij langdurige persoonsgerichte actieve oefentherapie. Op basis van onderzoek van het LUMC acht het Zorginstituut bewezen dat deze behandeling het fysiek functioneren verbetert en hun kwaliteit van leven toeneemt. Het Zorginstituut adviseert de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) dan ook om deze zorg vanaf de eerste behandeling en zonder maximum aan het aantal behandelingen te vergoeden uit het basispakket. Als de minister het advies overneemt, gaat de vergoeding waarschijnlijk in op 1 januari 2026.
Lees hier het volledige artikel.