Het UWV maakt veel fouten bij het beoordelen wat voor werk mensen met een beperking of ziekte nog kunnen doen. In interne rapporten van de uitkeringsinstantie over de afgelopen jaren staat regelmatig dat bij een op de drie dossiers er gerede aanleiding is om te twijfelen aan de uitkomst van de beoordeling.
Wat veel mensen niet weten, is dat niet de artsen bepalen welk werk iemand nog kan doen, maar zogeheten arbeidsdeskundigen in dienst van het UWV. De UWV-arts stelt de belastbaarheid vast op basis van de klachten en beperkingen. Het is vervolgens aan de arbeidsdeskundige om te oordelen wat voor werk die persoon kan doen. Bij het UWV werken 1500 arbeidsdeskundigen, en zij laten behoorlijke steken vallen.
Zo meldt een intern rapport uit juni 2015 over de beoordeling na een jaar ziekte: ‘De kwaliteit van de arbeidsdeskundige is aanleiding tot zorg. Op een substantieel aantal vakinhoudelijke aspecten worden nog veel te veel fouten gemaakt en omissies geconstateerd.’
En in een document uit 2017 over de kwaliteit bij beoordelingen van jonggehandicapten (Wajongers) staat: ‘De vakinhoudelijke kwaliteit van de arbeidsdeskundige laat te wensen over’.
Lees hier het volledige artikel.