Oudere nierdonoren herstellen relatief snel na de operatie. Dat concluderen Nederlandse onderzoekers in Transplantation (2013. epub 15 juli). Het perspectief van een prima kwaliteit van leven na de operatie helpt mogelijk ouderen te overtuigen om te donoren. En dat is hard nodig gezien de toenemende vraag naar niertransplantaties.
In 2009 was wereldwijd ongeveer 46% van 71.418 niertransplantaties afkomstig van levende donoren. Maar hoewel transplantatie met een levende nierdonor duidelijke voordelen biedt, moeten ze wel zorgvuldig worden afgewogen tegen mogelijke schade aan de donor. Karel Klop (Erasmus MC) en collega’s ondervroegen om die reden 501 levende nierdonoren over hun kwaliteit van leven voor en na de operatie. De donoren vulden preoperatief en 1, 3, 6 en 12 maanden na de operatie de ‘Short Form-36’-vragenlijst in.
De respons was met 87% 12 maanden na de operatie erg hoog. 135 donoren bleken ouder dan 60 jaar en 366 donoren jonger. Een maand na de operatie scoorden de ouderen beter dan de jongeren voor wat betreft pijn (7 punten, op een schaal van 0-100), lichamelijk functioneren (18 punten) en vitaliteit (5 punten). Na 3 maanden waren de scores voor pijn (3 punten verschil) en lichamelijk functioneren (8 punten verschil) nog steeds in het voordeel van de ouderen. Na 6 en 12 maanden scoorden de jongere donoren beter qua lichamelijk functioneren (respectievelijk 3 en 5 punten). Ouderen waren verder sneller terug op hun scores van voor de operatie.
Bron: Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde