Onderzoekers van de Organoid Groep (Hubrecht Institute) ontwikkelden samen met Maastrichtse wetenschappers het eerste organoïdemodel van het menselijke bindvlies. Deze organoïden bootsen de functie na van het echte menselijke bindvlies, een weefsel van het oog dat betrokken is bij de productie van tranen.
Met hun nieuwe model ontdekten de onderzoekers een nieuw celtype in dit weefsel: tuftcellen. Deze cellen spelen waarschijnlijk een rol bij allergieën. Het organoïdemodel kan nu worden gebruikt om medicijnen te testen voor verschillende ziektes die het bindvlies aantasten. Het onderzoek is op 11 januari 2024 gepubliceerd in Cell Stem Cell.
Onze ogen produceren tranen om zichzelf te beschermen tegen verwondingen en infecties. Het bindvlies – een weefsel dat ook wel de conjunctiva wordt genoemd en dat het wit van het oog en de binnenkant van de oogleden bedekt – is gedeeltelijk verantwoordelijk voor de productie van deze tranen. Het neemt deel aan de traanproductie via de afgifte van slijm. Dit slijm zorgt ervoor dat de tranen aan het oogoppervlak blijven kleven en beschermt het tegen ziekteverwekkers.
Beperkte behandelingen
Verschillende ziektes en aandoeningen tasten het bindvlies aan, zoals droge ogen, kanker, allergieën en infecties. In ernstige gevallen kan het niet goed functioneren van dit weefsel leiden tot blindheid. Tot nu toe bestond er geen goed model van het menselijk bindvlies, wat het onderzoek naar de functie ervan tijdens ziekte en gezondheid beperkt. Hierdoor zijn er ook beperkte behandelingsmogelijkheden voor ziektes die de conjunctiva aantasten.
Lees hier het volledige artikel.