Zicht op de kwaliteit van zorg op de ziekenhuisafdelingen waar hartchirurgie plaatsvindt (cardiothoracaal chirurgische centra) is verbeterd. Dit concludeert de inspectie in het rapport “Meer oog voor kwaliteit bij cardiothoracaal chirurgische centra” dat gisteren is gepubliceerd. In 2014 onderzocht de inspectie de 16 ziekenhuisafdelingen waar hartchirurgie plaatsvindt. De inspectie ziet dat alle afdelingen hartchirurgie aantoonbaar bezig zijn met het blijvend doorvoeren van verbeteringen. Echter, de inspectie constateert ook dat de centra nog veel van elkaar kunnen leren.
Voldoende ‘goed bestuur’
Vrijwel overal besprak de leiding van de afdeling de resultaten van de zorg met de raad van bestuur. Ook de afdelingen zelf hadden toenemende aandacht voor de uitkomsten van zorg, het evalueren hiervan en het nemen van verbetermaatregelen. ‘Goed bestuur’ was één van de zaken waar de inspectie naar gekeken heeft en dit scoorde in vrijwel alle ziekenhuizen voldoende.
Meer transparantie en leren van elkaar wenselijk
Niet alle afdelingen hartchirurgie hebben de afgelopen vier jaar onverwachte gebeurtenissen die schade veroorzaken bij de patiënt herkend als calamiteit en aan de inspectie gemeld. Een ander verbeterpunt is het gebruik van het interne ‘Veilig Meldsysteem’ door de hartchirurgen en arts-assistenten. Tevens signaleert de inspectie tussen centra grote verschillen in werkwijze, zoals bijvoorbeeld bij de inrichting van de zorg voor en na de operatie. De afdelingen zouden door het uitwisselingen van ervaringen nog veel van elkaar kunnen leren.
Handhavende maatregelen
De inspectie heeft verbetermaatregelen en aanbevelingen in de individuele rapportages aan de afdelingen hartchirurgie opgenomen. Vijftien van de zestien afdelingen kregen minimaal één verbetermaatregel opgelegd. De inspectie zal de opgelegde verbetermaatregelen volgen en toetsen, en in gesprek blijven met relevante veldpartijen en afdelingen hartchirurgie. Daarnaast wordt in 2015 het operatieve proces op de hartchirurgische operatiekamers geïnspecteerd.