De laatste jaren komt er steeds meer aandacht voor spondyloartritis, een verzamelnaam voor een groep reumatische aandoeningen. Daardoor wordt de diagnose sneller gesteld, al blijft dit een complexe uitdaging, omdat er niet één test bestaat om de chronische ziekte te herkennen.
De aandoening is nog ongeneeslijk, maar kan met verschillende behandelingsmethodes relatief goed onder controle gehouden worden, zodat patiënten een goede levenskwaliteit behouden. De schattingen lopen uiteen, maar ongeveer 1 op de 100 Belgen zou lijden aan spondyloartritis, waarbij de ziekte meestal al op erg jonge leeftijd – tussen 15 en 35 jaar – aanvangt. Er bestaan twee hoofdtypes van de ziekte: axiale en perifere spondyloartritis.
Ontstekingen op verschillende plaatsen
Mensen met de axiale vorm kampen vooral met ontstekingen ter hoogte van de wervelkolom en/of het bekken, waarbij ze meestal last krijgen van lage rugpijn. Personen met de perifere vorm hebben ontstekingen in de grote gewrichten in de armen of benen en kunnen dus bijvoorbeeld geregeld een ontstoken heup, knie, enkel, elleboog of pols hebben. Bij perifere spondyloartritis komt dikwijls ook enthesitis voor, een ontsteking van de aanhechtingsplaats van een pees op een bot, zoals van de achillespees op het hielbeen.
Lees hier het volledige artikel.