Een zieke werknemer kan volgens de nieuwe Arbowet een second opinion aanvragen. Maar makkelijk is dat niet. Google op ‘arbo-arts’ en de negatieve ervaringen op diverse fora buitelen over elkaar heen. De grootste klacht: de bedrijfsarts kiest te vaak de kant van de werkgever in plaats van die van de zieke werknemer.
Met de nieuwe Arbowet die per 1 juli in werking is getreden, lijkt daar verandering in te komen. Wie het niet eens is met het oordeel van zijn bedrijfsarts kan vragen om een second opinion.
Goed nieuws, zo op het eerste gezicht. Alleen verloopt het aanvragen van zo’n onafhankelijk, deskundig oordeel in het bedrijfsleven een tikkeltje anders dan normaal in de zorg. Wie met aanhoudende buikpijn naar de dokter gaat en niet blij is met de diagnose dat het tussen de oren zit, kan zelf een andere arts uitkiezen. Maar de zieke werknemer die twijfelt aan het oordeel van zijn bedrijfsarts, moet het doen met een lijstje van bedrijfsartsen die zijn werkgever hem aanreikt. Hoe lang of hoe kort het lijstje secondopinionartsen is, mag de baas zelf bepalen. Wel moeten het volgens de wet artsen zijn die elders werken.
Daar komt nog eens bij dat de eerste bedrijfsarts ermee akkoord moet gaan dat een werknemer twijfelt aan zijn diagnose. Ziet de arts dat niet zitten, dan behoort een second opinion niet tot de mogelijkheden. Wel zeggen de beleidsmakers: zo’n weigering kan alleen met ‘zwaarwegende argumenten’. Wat zwaarwegend is, wordt niet gedefinieerd. Maar, schrijven de wetgevers, weigering kan alleen bij ‘hoge uitzondering’.
Lees hier het volledige artikel.