Dat meldt het CBS op basis van nieuwe cijfers over de eigen betalingen in de zorg. De cijfers over 2016 zijn nog niet bekend.
De gemiddelde eigen betalingen aan gezondheid, zorg en welzijn waren in 2015 iets lager dan in 2014. De algemene trend is stijgend, in lijn met de totale zorguitgaven. Vergeleken met vijftien jaar geleden is het gemiddelde bedrag 80 procent hoger. Vooral de betalingen vanuit het eigen risico, dat in 2008 is ingevoerd, en de eigen bijdragen aan langdurige zorg zijn toegenomen. Deze uitgaven stegen van gemiddeld ruim 100 euro in 2000, naar bijna 400 euro in 2015. De overige eigen uitgaven aan zorg, zoals voor tandartsen of medicijnen bij de drogist, bleven rond de 300 euro per jaar schommelen.
Aandeel eigen betalingen in totale zorguitgaven gelijk aan dat in 2000
Huishoudens betaalden in 2015 in totaal 9,7 miljard euro aan zorg en welzijn uit eigen zak, op een totaal van 90,6 miljard euro. De eigen betalingen vormden daarmee 11 procent van de totale zorguitgaven in 2015. Dat percentage is gelijk aan dat in 2000. In de tussenliggende jaren is het aandeel aanvankelijk kleiner geworden, om vanaf 2008 weer toe te nemen. In dat jaar werd het eigen risico ingevoerd. Het aandeel van de overige eigen betalingen daalde tot 2009 en bleef daarna stabiel, op ongeveer 5 procent van de zorguitgaven. Het percentage van de eigen betalingen via het verplichte eigen risico plus de eigen bijdrage langdurige zorg, is toegenomen van bijna 4 procent in 2000 tot 6 procent in 2015.
Lees hier het volledige artikel.