Het Reumafonds en de Nederlandse Orthopaedische Vereniging (NOV) gaan onderzoek doen naar de timing van een gewrichtsvervangende operatie bij artrose. Het Reumafonds steekt daar €1,2 miljoen euro in. Uit de praktijk blijkt dat zowel te vroeg, als te laat operatief ingrijpen voor patiënten nadelig is.
“In Nederland hebben 1,1 miljoen mensen last van artrose. Jaarlijks plaatsen orthopedisch chirurgen ongeveer 50.000 knie- en heupprotheses en dit aantal neemt toe, onder meer door de vergrijzing,” stelt Lodewijk Ridderbos, directeur van het Reumafonds. “Tegelijkertijd is de gemiddelde leeftijd waarop een heup of knie wordt vervangen aan het dalen en die ontwikkeling baart ons zorgen. Het Reumafonds wil weten of de behandeling van artrose effectiever kan, zodat mensen met artrose optimaal geholpen kunnen worden.”
Problemen bij gewrichtsvervanging
Vaak wordt een nieuwe heup of knie gezien als het enige redmiddel tegen artroseklachten, zoals ernstige pijn en slechte mobiliteit. NOV-voorzitter prof. dr. Jan Verhaar: “Dat onze orthopedische operaties op dit gebied effectief zijn, staat als een paal boven water. Maar wat is het goede moment om in te grijpen? Hoe moeten we handelen bij jonge mensen? Wat is voor de patiënt het beste? Daar is nog steeds te weinig wetenschappelijk onderzoek voor beschikbaar. Niet in Nederland maar ook niet daar buiten. Om de doelmatigheid van deze ingreep te verhogen is de timing van het plaatsen van een prothese cruciaal. Daarom is het goed om samen met het Reumafonds alternatieven te onderzoeken.”
Drie nieuwe onderzoeken
Het nieuwe onderzoeksprogramma van het Reumafonds en de NOV moet onder meer uitwijzen wat het beste moment is om een gewricht te vervangen en welke alternatieve behandelingen er zijn voor chirurgisch ingrijpen. Pijnstilling, oefentherapie en hulpmiddelen kunnen er voor zorgen dat patiënten ondanks de artrose goed kunnen functioneren. Ook wordt onderzocht of het gebruik van een kniebrace beter uitpakt dan het operatief rechtzetten van een knie.
Bron: Reumafonds