Gemeenten met de grootste financiële problemen krijgen vanaf volgend jaar het meeste nieuwe werk te doen als het kabinet de jeugdzorg, de ouderenzorg en de jonggehandicaptenuitkering Wajong aan hen overdraagt. Nu al hebben de armste gemeenten met een buitensporig grote vraag naar zorg te maken.
Die vraag gaat juist bij hen nog sterker stijgen dan gemiddeld, doordat hun bevolking bovengemiddeld is vergrijsd. De gemeenten vrezen in grote problemen te komen doordat zij hiervoor in hun ogen onvoldoende worden gecompenseerd.
Dit blijkt uit onderzoek van de Volkskrant in samenwerking met King, het Kwaliteitsinstituut Nederlandse gemeenten. Uit de berekeningen blijkt dat veel gemeentebesturen er rekening mee dienen te houden dat ze niet alle taken zullen kunnen vervullen die ze van het Rijk krijgen overgedragen.
Hoe groot het probleem exact is, weet niemand. Gemeenten hebben nog geen idee hoeveel zorg zij moeten gaan verlenen, hoe zwaar die zorg is, hoeveel geld die gaat kosten en hoeveel geld ze daarvoor straks krijgen van het kabinet.
King is de ‘dataspecialist’ van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten. Het instituut verzamelt gegevens over de nieuwe taken van gemeenten en probeert hun zo inzicht te geven in de te verwachten klus.
Nadelig voor armste gemeenten
In het onderzoek zijn gemeenten op drie aspecten vergeleken: het aantal inwoners dat gebruikmaakt van regelingen die het Rijk overdraagt; de mate van vergrijzing; en de financiële positie. Over de verdeling heeft het kabinet nog niet besloten. Wel is er een proefberekening gemaakt die voor de armste gemeenten erg nadelig uitpakt. ‘Er wordt een homogene deken over Nederland gelegd, waardoor iedereen evenveel geld krijgt. Terwijl wij hier in Noordoost-Groningen met veel meer problemen te maken hebben dan andere gemeenten’, aldus Thea van der Veen, wethouder financiën van Delfzijl.
Lees hier het volledige artikel.