Ouderschapsplan levert niet gehoopte effect op

Sinds de invoering van het verplichte ouderschapsplan maken meer scheidende ouders schriftelijke afspraken over de opvoeding en die afspraken zijn uitgebreider. Het welzijn van de kinderen is er echter niet op vooruit gegaan.

Dit blijkt uit onderzoek waarop Simon de Bruijn op 7 juni promoveert aan de Universiteit Utrecht.

Bijna alle voormalig gehuwde ouders stellen bij een scheiding een ouderschapsplan op, zoals de wet voorschrijft. Bij samenwonende ouders met gedeeld gezag is dat slechts de helft, mogelijk doordat zij geen advocaat hebben die wijst op hun wettelijk plicht. Het ouderschapsplan had echter geen invloed op het welzijn van kinderen en de mate waarin zij betrokken zijn bij het maken van afspraken. Ook vond De Bruijn geen effect op de tevredenheid over en de naleving van de afspraken en het contact tussen ouders na de scheiding.

De Bruijn keek ook naar het effect van professionele bemiddeling bij scheidingen. Anders dan een ouderschapsplan is dat niet verplicht. Hij vond een positief effect op het welzijn van kinderen bij samenwonende ouders die een bemiddelaar inschakelden. Bij gehuwde stellen maakte het wel of niet inschakelen van een bemiddelaar echter geen verschil. Mogelijk spelen advocaten een bemiddelende rol bij gehuwde ouders die geen professionele bemiddelaar inschakelen.

Lees hier het volledige artikel.