Jaarlijks sterven duizenden 65 plussers na een val. In 2014 waren het er 3000, maar met de toenemende vergrijzing zal dit getal in de prognose de komende 15 jaar oplopen tot circa 4800. Het vaakst vallen ouderen in hun directe woonomgeving. Er bestond wel een goede groepstherapie, maar daar deden te weinig 65 plussers aan mee.
In de nieuwe therapie Zicht op Evenwicht van de Universiteit Maastricht zoekt de zorgprofessional de oudere thuis op om daar 1-op-1 samen te werken aan vermindering van val-angst en verbetering van zijn of haar functioneren. De oudere krijgt in samenspraak op maat gesneden adviezen en volgt een praktisch oefen-programma dat aansluit op de persoonlijke mogelijkheden. Resultaat: 30% minder valincidenten binnenshuis. Op 12 mei promoveert Tanja Dorresteijn op haar onderzoek dat dit aantoont.
Zicht op evenwicht
In de persoonlijke ‘aan-huis-therapie’ komt de zorgprofessional – veelal een verpleegkundige van de thuiszorg, of fysio- of ergotherapeut – 3 keer op bezoek bij de oudere en heeft daarnaast een 4-tal keren telefonisch contact. Samen met de oudere zelf wordt bekeken wat het beste oefenprogramma is om mobieler te worden: elke oudere krijgt een programma op maat. Onderwerpen die aan bod komen zijn ondermeer de gedachten die ouderen hebben over vallen, het nut van lichaamsbeweging en hoe ze hun gedrag veiliger kunnen maken. Tanja Dorresteijn volgde zo 12 maanden lang de voortgang van enkele honderden patiënten. Haar studie laat zien dat de nieuwe intensieve aanpak niet duurder uitpakt dan reguliere zorg.
Lees hier het volledige artikel.