Marianne Verhaar is internist-nefroloog en hoogleraar Experimentele Nefrologie in het UMC Utrecht. Als arts ziet zij dagelijks patiënten met nierschade in de kliniek, die zij zo goed mogelijk behandelt volgens de huidige standaard. Maar als onderzoeker probeert zij tegelijkertijd die standaard verder te ontwikkelen door het lichaam te helpen zelf de nierschade te herstellen. Hoe werkt dat?
Wat valt je op, als arts in de kliniek?
‘Ik merk dat we door de vergrijzing en toename van ziekten als diabetes steeds meer mensen zien met ernstige nierschade. Nierschade kan heel veel oorzaken hebben, van hoge bloeddruk tot een erfelijke ziekte. Als gevolg daarvan wordt het bloed minder goed gezuiverd, en blijven schadelijke stoffen achter in het bloed.’
Hoe worden die mensen nu het best geholpen?
‘Als de nieren falen zijn er eigenlijk twee opties om de nierfunctie te vervangen: transplantatie en dialyse. Transplantatie van een donornier heeft de voorkeur, maar door het tekort aan donoren en afstotingsreacties van het lichaam is dat niet voor iedereen mogelijk. De andere optie is dialyse, waarbij het bloed gefilterd wordt door een machine. Dialyse redt al tachtig jaar levens, maar het kent zijn beperkingen. De filtratie is een stuk slechter dan wat de nier zelf kan, en het gaat gepaard met zijn eigen complicaties waardoor dit geen langdurige oplossing is.’
Lees hier het volledige artikel.