Het ingaan van de nieuwe donorwet betekent dat iedereen die zich na september niet registreert, automatisch toestemming geeft voor orgaandonatie. De kans dat een donor daadwerkelijk wordt gebruikt voor orgaan- of weefseltransplantatie blijft niettemin klein: 1 op 200. Hoe zit dat?
De voornaamste reden dat orgaandonatie zo weinig voorkomt, is dat een orgaandonor nagenoeg altijd op een intensive care van een ziekenhuis moet overlijden. Bovendien moeten de organen ook nog geschikt zijn om te transplanteren.
Azam Nurmohamed werkt in het Amsterdam UMC als internist-nefroloog, een arts die gespecialiseerd is in nierziekten en niertransplantaties als aandachtsgebied heeft.
“Het belangrijkste is dat organen die eruit worden gehaald, levensvatbaar zijn”, vertelt hij. “Als iemand overlijdt, treden lichaamscellen in verval. Er is geen bloedcirculatie meer, waardoor organen niet meer worden doorbloed. Zeker als het lichaam op kamertemperatuur is, gaat het verval heel snel. Na drie kwartier tot een uur zijn organen doorgaans niet meer bruikbaar”.
Uitstel keuze wegens coronavirus
De nieuwe donorwet houdt in dat iedere volwassene, die haar of zijn keuze niet vastlegt in het donorregister, automatische toestemming geeft voor orgaandonatie. Vanwege de coronacrisis hebben Nederlanders nog tot en met september de tijd gekregen om hun keuze door te geven.
Lees hier het volledige artikel.