Patiënten met een aangeboren hartafwijking moeten altijd kunnen rekenen op goede en toegankelijke zorg. De huidige organisatie van interventiezorg voor deze patiënten is kwetsbaar. Om dit te verbeteren, is het nodig om deze zorg te concentreren.
Concentratie van alleen deze zorg heeft grote gevolgen voor de universitair medische centra (umc’s) waar deze zorg wordt gegeven en dus voor een grote groep patiënten die in deze umc’s zorg krijgt. Dat blijkt uit een impactanalyse van de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa).
Impactanalyse
Voor dit onderzoek hebben we gekeken wat de effecten zijn voor patiënt, zorgprofessionals en zorginstelling wanneer de interventiezorg aan patiënten met een aangeboren hartafwijking (hierna: AHA-zorg) niet meer plaatsvindt in een bepaald ziekenhuis. Het gaat om ingrepen zoals operaties en hartkatheterisaties en niet om de controles in de polikliniek. De NZa concludeert dat concentratie van de AHA-zorg grote en onomkeerbare gevolgen heeft voor een ziekenhuis dat de zorg moet overdragen. Dit heeft te maken met personele verschuivingen, faciliteiten, centrumspecifieke expertise of de regionale functie van het ziekenhuis.
Lees hier het volledige artikel.