Nu er meer vrouwelijke artsen komen, kan de zorg veranderen

‘Prettig als dokter oog heeft voor jou’
Vrouwelijke patiënten zijn beter af bij vrouwelijke dokters. Ze sterven minder vaak en hebben ook minder vaak complicaties na een operatie. Nu het aantal vrouwelijke artsen gestaag groeit, durft hoogleraar Kiki Lombarts te dromen van zorg, waarbij artsen nóg meer naar patiënten luisteren en met ze meeleven. ‘Als patiënt wil je geen nummertje zijn.’

Hoe de beleving van een arts en een patiënt mijlenver uit elkaar kan liggen, werd Kiki Lombarts (56), hoogleraar Professional Performance in het Amsterdam UMC, duidelijk toen ze voor een onderzoek met twee mensen aan tafel zat. De patiënt vertelde over het slechte nieuws dat ze kreeg: ze had een tumor die zo snel mogelijk verwijderd moest worden. Haar chirurg zette alles in het werk om zijn patiënt die week erna nog op de operatietafel te krijgen.

,,Hij had voor zijn gevoel heel veel compassie getoond door dat zo te regelen, maar zijn patiënt voelde dat helemaal niet. Die was alleen maar bezig met het feit dat ze een tumor had en daar helemaal niet met de arts over kon praten”, beschrijft Lombarts.

‘Geen studies bewijzen dat mannen beter zijn’
Hoe graag zou deze hoogleraar het anders zien. Want ja, het was medisch gezien belangrijk dat deze patiënt snel werd geholpen. Maar bij goede zorg hoort ook medeleven van de arts en een fijn gesprek. Laten dat nu net ‘vrouwelijke kwaliteiten’ zijn die in de zorg nog weinig waardering krijgen. Van oudsher is geneeskunde een mannelijk beroep dat draait om wetenschappelijk bewezen behandelingen of daadkracht.

Lees hier het volledige artikel.