Sinds 1 januari 2020 is de Wet verplichte gezondheidszorg (WvGGZ) van kracht, een nieuwe wet voor gedwongen behandeling bij mensen met ernstige psychiatrische klachten. Patiënten en betrokkenen krijgen meer invloed op het proces, bovendien hoeft een behandeling niet meer per se in een zorginstelling plaats te vinden. Maar wat verandert er precies in de praktijk?
De huidige situatie
Op dit moment kennen we in Nederland de wet Bijzondere opnemingen in psychiatrische ziekenhuizen. Kortweg de Bopz. Deze wet wordt vanaf 1 januari dus vervangen door de WvGGZ.
In de Wet Bopz is geregeld dat mensen met psychische problemen die een gevaar voor zichzelf of anderen zijn, verplicht opgenomen kunnen worden in een zorginstelling.
De rechter, maar ook de burgemeester, kan bij een crisissituatie iemand gedwongen laten opnemen. Mensen die te maken krijgen met deze wet worden opgenomen in een daarvoor aangewezen zorginstelling.
Waarom verandering?
De Bopz ging dus over mensen verplicht laten opnemen. Maar wat als iemand in een instelling stoppen niet de beste oplossing is? Wat als een patiënt bijvoorbeeld geholpen móét worden, maar meer baat heeft bij medicijnen en thuisblijven juist beter is? Dan schiet de Bopz dus tekort.
Lees hier het volledige artikel.