In Nederland krijgen jaarlijks zo’n 50.000 mensen, vaak oude en kwetsbare mensen, een knie- of heupprothese. Tussen de 10% en 20% van deze mensen heeft na het plaatsen van de prothese last van vocht uit de wond (wondlekkage).
Dit kan leiden tot infecties en bijkomende ongemakken. De patiënt moet de wond laten behandelen en bij een infectie een nieuwe operatie ondergaan.
Ramon Roerdink, physician assistant Orthopedie in het Jeroen Bosch Ziekenhuis (JBZ), ontwikkelde samen met het orthopedisch team van het JBZ een nieuwe wondsluitmethode. Dankzij deze nieuwe methode is in het JBZ het percentage wondlekkages teruggebracht van 11.7% naar 1.9%.
In het JBZ worden jaarlijks ongeveer 850 mensen behandeld voor het plaatsen van een knie- of heupprothese. Voorheen kwamen ongeveer 100 mensen terug naar het ziekenhuis met een wondlekkage, om hun wond te laten behandelen. Door de nieuwe wondsluitmethode is dit aantal afgenomen naar zo’n 16 mensen per jaar.
Infecties
Door een wondlekkage kan ook een infectie ontstaan. Wanneer zo’n infectie ontstaat, is dit niet te bestrijden met alleen antibiotica. Een operatie is dan nodig om de prothese schoon te maken en opnieuw te plaatsen. Landelijk gezien krijgt 1 tot 2% van de mensen na een heup- of knieprothese een infectie. Door de nieuwe wondsluitmethode is het percentage mensen met een infectie bij het JBZ teruggebracht naar 0,4% voor deze operaties.
Lees hier het volledige artikel.