Sommige mensen ontwikkelen na een malaria-infectie een afweerreactie die voorkomt dat ze nieuwe muggen besmetten. De antistoffen die deze mensen aanmaken worden door de mug opgezogen en schakelen in de muggenmaag de malariaparasiet uit.
Onderzoekers van het Radboudumc ontdekten dat één op de vijfentwintig malariapatiënten verspreiding van de ziekte zo voorkomt. Ook ontrafelden ze de afweereiwitten die hiervoor zorgen. Mogelijk is daar een vaccin van te maken. De resultaten verschijnen 8 februari in Nature Communications.
Malaria is een ziekte die zich duizelingwekkend efficiënt verspreidt.
De huidige malariamedicijnen gaan de verspreiding nauwelijks tegen, omdat de parasieten ook tijdens de behandeling nog lang in het bloed van een patiënt blijven. Hierdoor kunnen nieuwe muggen met de parasiet besmet raken als ze de patiënt steken. In de muggenmaag vindt bevruchting van de mannelijke en vrouwelijke parasieten plaats. De nakomelingen gaan via een steek van de mug weer naar de mens, waarna de cyclus opnieuw begint. Eén malariapatiënt kan zo zorgen voor meer dan honderd nieuwe malariagevallen. Voorkomen dat mensen nieuwe muggen besmetten is daarom zeer belangrijk bij pogingen malaria uit te roeien.
Lees hier het volledige artikel.