Onderzoekers van de Universiteit Maastricht (UM) hebben een eiwit ontdekt dat een belangrijke bijdrage kan leveren aan een mogelijke behandeling van hartfalen bij diabetici. Hartfalen is de voornaamste doodsoorzaak onder mensen met suikerziekte.
De ontdekking van hoofdonderzoekers Joost Luiken, Dietbert Neumann en professor Jan Glatz, hoogleraar Hartmetabolisme aan de UM, is gisteren gepubliceerd in het gezaghebbende wetenschappelijk tijdschrift Diabetes.
Transport vetzuren
Het westers eetpatroon zorgt bij veel mensen voor een toename van vetten in het lichaam. Relatief te veel opname van vetzuren door het hart verhoogt het risico op hartfalen. Een vette hartspier trekt namelijk moeilijk samen. De verhoogde vetzuuropname gaat ten koste van de opname van glucose, de andere belangrijke brandstof voor het hart. Als gevolg hiervan komt het hart terecht in een diabetische toestand.
Dat werkt als volgt:
Op het celoppervlak van hartspiercellen zitten twee verschillende eiwitten, waarvan het ene (CD36) is betrokken bij het transport van vetzuren en het andere (GLUT4) bij het transport van glucose. In een gezonde situatie is er een mooie afwisseling tussen deze twee eiwitten op het celoppervlak te zien. Bij suikerpatiënten met een vette hartspier is dit verstoord.
Lees hier het volledige artikel.