Van alle Europeanen zijn de Nederlanders de echte sombermensen. Maar ‘we hebben niet meer hulp nodig dan Duitsers of Belgen’. Depressiviteit rukt wereldwijd op. Het aantal levensjaren dat mensen ongemak ondervinden door depressie steeg sinds 1990 met ruim 37 procent. Nederland is de ‘depressiefste’ man van Europa.
Onderzoekers van de Universiteit van Queensland presenteerden gisteren in PLOS Medicine het Global Burden of Disease 2010, wat geldt als de meest uitgebreide studie naar ongemak en dood door ziekten. De absolute groei in depressieve levensjaren die zij vonden, is in zijn geheel te wijten aan de wereldwijde bevolkingsgroei en vergrijzing.
‘Steeds meer mensen komen wereldwijd op de leeftijd waar depressiviteit zich meer voordoet’, schrijven de onderzoekers, die bij hun onderzoek de stoorniscriteria van de psychiatrische-diagnosebijbel DSM IV gebruikten. ‘Onze bevindingen laten zien dat deze aandoening prioriteit verdient. Temeer omdat depressiviteit het risico vergroot op zelfmoord en hartziekten.’
Flink hoger aandeel
Bijna 10 procent van de levensjaren die in ziekte werden doorgebracht, kwamen in 2010 op het conto van depressiviteit. Alleen rug- en nekklachten houden wereldwijd meer mensen in haar greep (14,8 procent van het aantal zieke levensjaren). Deze verhoudingen zijn sinds 1990 redelijk stabiel. In Nederland heeft depressiviteit met ruim 16 procent een flink hoger aandeel. Per 100 duizend levensjaren, brengen we er ruim 1.850 depressief door. Nederland is daarmee koploper in Europa.
Psychiater Jan Swinkels wil aan de hoge score van Nederland niet te veel conclusies verbinden. ‘Het gaat vooral over perceptie’, zegt de hoogleraar aan de Universiteit van Amsterdam. ‘Cultuur speelt een belangrijke rol. Wij zijn een somber volk, maar dat wil niet zeggen dat wij meer hulp nodig hebben dan de Duitsers of Belgen. Veel hangt ook af van de individuele context.’
Met de winterdepressies van Scandinaviërs lijkt het mee te vallen. Finland zit wel boven het Europese gemiddelde (1.226 levensjaren), maar is pas als eerste Noord-Europese land op de tiende plaats terug te vinden. Wereldwijd staat het door oorlog geteisterde Afghanistan bovenaan met ruim 4.800 depressieve levensjaren van de 100 duizend. Japan heeft het minste. Swinkels: ‘Dat komt omdat hun cultuur voorschrijft dat je niet depressief mag zijn.’
Onzekerheidsmarge
Onderzoeksleidster Alize Ferrari maakt in een reactie nog een kanttekening. ‘Door een onzekerheidsmarge is het niet gezegd dat de hoog en laag scorende landen significant afwijken van het wereldgemiddelde.’
De Global Burden of Disease 2010, mede mogelijk gemaakt door de Bill & Melinda Gates Foundation, meet ook het aantal jaar dat zieken korter dan verwacht leven als gevolg van hun aandoening. Door ‘levensjaren in ziekte’ en ‘verloren levensjaren door ziekte’ bij elkaar op te tellen, corrigeren ze het aantal levensjaren voor de verschillende aandoeningen.
Ook in deze ‘naar ziekte aangepast levensjaren’, speelt depressiviteit een steeds belangrijker rol. Het zorgt voor 7,4 procent van het aantal aangepaste levensjaren. Een verdubbeling sinds 1990.
Bron: Volkskrant