De MRI-scan wordt steeds belangrijker in het precies vaststellen van reuma. Dat geldt voor reuma bij volwassenen en ook voor jeugdreuma. Professor Taco Kuijpers van het AMC in Amsterdam gaat met de MRI de handen en polsen van kinderen onderzoeken. Dat is belangrijk, want het eerder vaststellen van die ontstekingen kan helpen om jeugdreuma beter te behandelen.
Prof. dr. Taco Kuijpers is hoogleraar kinderimmunologie in het AMC en behandelt kinderen met jeugdreuma. Hij doet zijn onderzoek samen met zijn collega prof. dr. Mario Maas. Professor Maas is als radioloog gespecialiseerd in het gebruik van beeldvormende technieken zoals de MRI-scan bij aandoeningen aan skelet of spieren, zoals reuma.
Waarom gebruikt u de MRI-scan voor dit onderzoek?
‘Jeugdreuma is een ziekte waarbij het slijmvlies om de gewrichten ontstoken raakt. Door die ontstekingen kunnen de botten in de gewrichten beschadigd raken. De MRI-scan is de enige techniek waarbij we niet alleen afwijkingen aan de botten nauwkeurig in beeld kunnen brengen, maar ook afwijkingen in de weke delen.’
Wat kwam er uit uw eerdere onderzoek met de MRI-scan?
‘We hebben kunnen aantonen dat de MRI-scan van de kniegewrichten bij kinderen met jeugdreuma een goed hulpmiddel is om de ziekteactiviteit vroeg vast te stellen. Wij gebruikten een contrastvloeistof die wordt toegediend via het bloed. Aan hoe snel het gewrichtsvlies aankleurt en hoe snel de aankleuring verdwijnt, kunnen we de ziekteactiviteit afmeten. Deze informatie moet ons gaan helpen te voorspellen hoe de jeugdreuma zich mogelijk ontwikkelt en hoe de reactie op medicatie is. Dit zijn vragen in het lopende onderzoek naar de knie, een van de gewrichten die het meest zijn aangedaan bij jeugdreuma.’
Waarom wilt u nu ook deze MRI-techniek inzetten voor de hand- en polsgewrichten?
‘We willen dat doen omdat ontstoken hand- en polsgewrichten vaak een grote impact hebben op de dagelijkse activiteiten van een kind. Handen en polsen zijn niet zo vaak aangedaan bij jeugdreuma als bij volwassenen met reuma en het kan dus zijn dat de ontstekingen pas laat worden opgemerkt. Als we vroeg kunnen nagaan of de gewrichtsvliezen in handen en polsen zijn ontstoken en of er al schade is aan de botten, kunnen we misschien voorkomen dat de ziekte ernstigere vormen aanneemt.’
Hoe ziet uw onderzoek eruit?
‘Ons onderzoek heeft drie belangrijke onderdelen. Allereerst gaan we bepalen hoe de hand- en polsgewrichten er op de MRI met contrastvloeistof uitzien bij 30 kinderen die geen jeugdreuma hebben. We moeten namelijk kunnen nagaan welke afwijkingen horen bij jeugdreuma en welke kenmerken gewoon bij de normale groei van een kind horen. Die informatie ontbreekt tot nu toe. Verder gaan we de afwijkingen die specifiek bij jeugdreuma horen, goed standaardiseren. Dat is stap 2. Artsen moeten een MRI-scan namelijk elke keer op dezelfde manier kunnen beoordelen om een goede diagnose te stellen.’
‘De derde en laatste stap is dat we MRI-beelden maken van de handen en polsen van 75 kinderen met jeugdreuma. Dat doen we weer met contrastvloeistof. Net als bij de knieën meten we aan de snelheid van de aankleuring van het gewrichtsvlies en de snelheid waarmee die aankleuring verdwijnt af hoe ernstig de ontsteking is.’
Hoe vertaalt u dit naar de praktijk?
‘De uitkomsten uit de MRI-onderzoeken moeten niet alleen goed gestandaardiseerd worden, ze moeten ook vergeleken worden met de klachten die de arts vaststelt bij een kind met reuma en met het ziektebeloop. Is er duidelijk een verband aan te wijzen, dan helpt de MRI-scan niet alleen om de diagnose beter te kunnen stellen maar ook om in te schatten hoe ernstig de ziekte kan worden. De behandeling van de patiënten met jeugdreuma zou daarop aangepast kunnen worden.’
Bron: Reumafonds