‘Ouderen zijn regelmatig slachtoffer van mishandeling. Iedere keer is er één te veel.’ Dat zegt Anja Jonkers, hoofdinspecteur bij de Inspectie voor de Gezondheidszorg. Om te zorgen dat professionals meer oog hebben voor ouderenmishandeling, gaat de inspectie nu toetsen of de meldcode Huiselijk geweld en mishandeling van volwassenen wel bekend is én toegepast wordt in het sociaal domein.
Jonkers: ‘Veel ouderen die slachtoffer zijn van mishandeling in welke vorm dan ook, zullen dit niet snel melden. Aan de ene kant omdat ze zich schamen, aan de andere kant omdat ze door te melden aangeven dat ze kwetsbaar zijn en het zelf niet meer kunnen oplossen. Het is natuurlijk ook enorm moeilijk om als ouder te moeten vertellen dat bijvoorbeeld je eigen kind of schoonzoon je iets aandoet.’
Meldcode
Daarom is het van belang dat hulpverleners weten hoe ze ouderenmishandeling kunnen herkennen en wat ze moeten doen als ze ouderenmishandeling signaleren. Om handvatten te bieden die aangeven hoe te handelen, is er de verplichte meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling. De meldcode is in feite een vijfstappenplan:
Daarom is het van belang dat hulpverleners weten hoe ze ouderenmishandeling kunnen herkennen en wat ze moeten doen als ze ouderenmishandeling signaleren. Om handvatten te bieden die aangeven hoe te handelen, is er de verplichte meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling. De meldcode is in feite een vijfstappenplan:
- Signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling in kaart brengen.
- Overleggen met collega’s en zo nodig ook overleggen met Veilig Thuis, het advies- en meldpunt huiselijk geweld en kindermishandeling of met een letseldeskundige.
- Gesprek voeren met de cliënt of met de ouders.
- Aard en ernst van het huiselijk geweld of de kindermishandeling wegen. Bij twijfel overleggen met Veilig Thuis.
- Beslissen: hulp organiseren of melden.
Lees hier het volledige artikel.