In de sector zorg en welzijn kwamen er in het derde kwartaal van 2020 per saldo ruim 34 duizend werknemers bij ten opzichte van een jaar eerder. Deze toename was groter dan in het tweede kwartaal, toen er ruim 28 duizend werknemers bij kwamen.
Vooral in de branches kinderopvang en de verpleging, verzorging en thuiszorg nam het aantal werknemers toe.
Dat blijkt uit nieuwe cijfers van het CBS voor het onderzoeksprogramma Arbeidsmarkt Zorg en Welzijn. In de loop van 2020 werd de gezondheidszorg geconfronteerd met de gevolgen van de coronapandemie. In hoeverre dat effect heeft gehad op de hier gepresenteerde ontwikkelingen is niet onderzocht.
In de sector zorg en welzijn (inclusief kinderopvang) werken bijna 1,4 miljoen werknemers. Tussen het derde kwartaal van 2020 en hetzelfde kwartaal van 2019 stroomden bijna 160 duizend werknemers de sector in, tegenover 125 duizend uitstromers. Vanaf het vierde kwartaal van 2016 nam vrijwel elk kwartaal het aantal werknemers ten opzichte van een jaar eerder per saldo toe. In de eerste twee kwartalen van 2020 was sprake van een kleinere groei van het aantal werknemers, vooral door een lagere instroom.
Relatief sterkste groei in kinderopvang
In de sector zorg en welzijn kwamen er in het derde kwartaal van 2020 per saldo ruim 34 duizend werknemers bij ten opzichte van een jaar eerder, een toename van 2,5 procent. De toename van het aantal werknemers in zorg en welzijn is vooral het gevolg van groei in de branches kinderopvang en verpleging, verzorging en thuiszorg.
Lees hier het volledige artikel.