Meer onderzoek nodig naar uitzaaiingen van oogtumoren

Een oogtumor is goed te behandelen, maar er is weinig voor een patiënt te doen zodra de kanker is uitgezaaid. De reden: het afweersysteem werkt anders in het oog en waarschijnlijk ook in de uitzaaiing. Daar moet meer onderzoek naar worden gedaan. Dat pleit hoogleraar Martine Jager van het Leids Universitair Medisch Centrum (LUMC). Haar oratie vond op maandag 25 april plaats in het Academiegebouw in Leiden.

Jaarlijks krijgen zo’n 200 Nederlanders te horen dat zij een oogtumor hebben. Zij komen bijna allemaal terecht in het LUMC, aangezien het Leidse ziekenhuis experts in huis heeft op het gebied van oogtumoren. De kanker wordt vaak vernietigd met behulp van bestraling.  “Een oogmelanoom is meestal goed te behandelen. Maar zodra het is uitgezaaid naar de lever, dan is er geen behandeling mogelijk”, legt Jager uit.

Zee-egel
Daar wil zij verandering in brengen. Zo wordt er in het LUMC onderzoek gedaan naar uitzaaiingen van oogtumoren. Een goed hulpmiddel leek al in zicht: als long- en huidkanker ergens anders in het lichaam de kop opsteekt, worden sinds kort zogenoemde monoklonale antilichamen ingezet. Dit zijn gefabriceerde stoffen die kankercellen gevoelig maken voor het afweersysteem. “Ik stel het voor als een zee-egel die bijna wordt opgegeten door een vijand. De egel zet dan zijn stekels uit. Dat doet een kankercel ook. De monoklonale antilichamen gaan als een soort kurkjes op de stekels van de egel zitten, waardoor de kankercel de aanvallen van de afweercellen niet meer kan tegenhouden. Deze methode werkt goed. Een deel van de patiënten was na deze therapie zelfs totaal genezen verklaard.”

Lees hier het volledige artikel.