De combinatie van mannen en mantelzorg lijkt niet vanzelfsprekend, terwijl volgens onderzoek ruim 1,6 miljoen mannen regelmatig zorgen voor een naaste. Er zijn wel verschillen in hoe mannen en vrouwen mantelzorgen én in hoe zij dit ervaren. De publicatie ‘Mannen en mantelzorg, niet te missen’ gaat in op deze verschillen.
Ruim 1,6 miljoen mannen zijn mantelzorger
Ruim vier miljoen Nederlanders geven enige vorm van mantelzorg. Daarvan is 58 procent vrouw en 42 procent man. Meer dan 1,6 miljoen mannelijke mantelzorgers dus. Wanneer het gaat om zorg voor de eigen partner op latere leeftijd, verlenen mannen vaker mantelzorg dan vrouwen. Bij de zorg voor (schoon)ouders blijkt de verdeling tussen mannen en vrouwen het meest scheef te liggen: van alle mantelzorgers van (schoon)ouders is 64 procent vrouw en 36 procent man. Verder geven werkende mannen minder vaak mantelzorg dan werkende vrouwen.
Mantelzorger Simon: ‘Ik denk dat vrouwen wel wat kunnen leren van mannelijke mantelzorgers. Een nuchtere kijk op de zaak.’
Verschillen tussen mannen en vrouwen
Onderzoek van Movisie en Emancipator leverde opvallende verschillen op in hoe mannen en vrouwen mantelzorgen en in hoe zij die zorg ervaren.
- Mannen hebben een meer taakgerichte houding, waar vrouwen gemiddeld een meer relatiegerichte houding aannemen. Kort gezegd: mannen komen om een taak uit te voeren, bijvoorbeeld iemand douchen of vervoeren, daarna zijn ze ‘klaar’. Vrouwen dragen de zorg soms 24 uur per dag met zich mee: ‘Heb ik het nu goed geregeld?,’ ‘Moet ik niet vaker gaan?.’
- Onder andere door deze taakgerichte houding voelen mannen zich minder snel belast door de mantelzorg dan vrouwen.
- Mannen vervullen andersoortige taken – en soms meer op de achtergrond – dan vrouwen. Denk bijvoorbeeld aan het doen van boodschappen, onderhoudsklussen, administratie en vervoer. Daar waar vrouwen vaker zorgtaken op zich nemen zoals lichamelijke verzorging, of meegaan naar de huisarts.
- Mannen nemen vaak geen echte zorgtaken op zich omdat ‘mannen dat nu eenmaal niet horen te doen’. In veel families geldt dit (nog steeds) als ongeschreven regel.
Lees hier het volledige artikel.