Lymfoom of lymfeklierkanker is een bloedkanker die ontstaat wanneer er een fout gebeurt in de manier waarop bepaalde witte bloedlichaampjes, de lymfocyten, worden aangemaakt. Die abnormale lymfocyten hopen zich op in de lymfeweefsels en lymfeklieren, en kunnen uiteindelijk in het bloed terechtkomen en zich doorheen het hele lichaam verspreiden.
Er bestaan veel types van lymfomen, ondergebracht in twee grote categorieën: de ziekte van Hodgkin en niet- of non-Hodgkin lymfomen. Het zijn relatief zeldzame kankers. De ziekte van Hodgkin komt per jaar ongeveer 2 tot 3 per 100.000 inwoners voor, non-Hodgkin ongeveer 18 gevallen per 100.000 inwoners per jaar. Het aantal gevallen van non-Hodgkin lymfomen is de laatste 15 jaar ongeveer verdubbeld. De ziekte van Hodgkin komt typisch voor bij jonge patiënten (piek tussen 15–30 jaar) terwijl non-Hodgkin lymfomen eerder voorkomen bij personen boven 60 jaar. Meestal kan geen oorzaak worden gevonden voor lymfoom.
Uitzonderlijk ligt een infectie aan de basis, vooral bij mensen met een verminderde immuniteit, zoals bijvoorbeeld een infectie met de maagbacterie Helicobacter pylori, met het HIV-virus en met het cytomegalovirus. Gezien de toename van non-Hodgkin lymfomen vermoedt men een verband met milieuverontreiniging. Hierbij denkt men dan bijvoorbeeld aan sproeistoffen, gebruik van kleurmiddelen… Mogelijk is er soms ook een zekere familiale erfelijkheid, hoewel rechtstreekse overerving van lymfomen niet aanwezig is.
Lees hier het volledige artikel.