Wetenschappelijk onderzoek laat zien dat de luchtkwaliteit binnenshuis vaak slechter is dan de kwaliteit van de buitenlucht. Dit geldt ook voor grote steden met een vervuilde buitenlucht.
Aangezien mensen 90% van hun tijd binnen doorbrengen, kan luchtvervuiling in gebouwen een serieus risico op gezondheidsproblemen vormen.
Gelukkig is de kwaliteit van de binnenlucht voor een groot deel te beheersen. In dit artikel lees je over een aantal belangrijke vervuilers van de lucht binnenshuis en wat je kunt doen om de luchtkwaliteit te verbeteren.
We onderscheiden biologische en chemische vervuilers.
Biologische vervuilers
Biologische vervuilers zijn onder meer virussen, bacteriën, schimmels, huidschilfers van dier of mens, huisstofmijt en stuifmeel van planten.
Verschillende virussen, zoals griep, mazelen en waterpokken, verspreiden zich door de lucht. Hoewel er vaccins beschikbaar zijn loop je een hoger risico om deze ziekten op te lopen in (drukbezochte) binnenruimtes. Dit geldt vooral voor griep. Het regelmatig ventileren van deze ruimtes verkleint dit risico.
Huisstofmijt is een minuscuul diertje dat wereldwijd voorkomt. De ontlasting van deze diertjes kan door de lucht worden verplaatst tijdens het stofzuigen of poetsen van je huis. De huisstofmijt gedijt het beste bij temperaturen tussen de 20 en 30 graden en een luchtvochtigheid van 60 tot 80%. Meestal leven ze in matrassen of vloerbedekking.
Lees hier het volledige artikel.