Kankersterfte daalt, maar grote verschillen blijven

Het nauwkeurig berekenen van toenemende overlevingskansen bij kanker is even belangrijk als ingewikkeld – populaties wisselen, tijdstippen van diagnose verschuiven, de gezondheidszorg verandert. In The Lancet (2014; epub 3 december) ondernemen Manuela Quaresma en collega’s van de London School of Hygiene & Tropical Medicine een poging met een ‘netto-overlevingsindex’ al deze factoren handzaam samen te vatten en te bepalen of de overlevingskansen bij verschillende vormen van kanker de afgelopen 40 jaar in Engeland en Wales zijn toegenomen.

Voor alle kankers tezamen namen zij het gemiddelde gewogen naar leeftijd, geslacht en locatie. In de netto-index wordt daarnaast via sterftetafels rekening gehouden met zaken als sterftekans door andere oorzaken, regio en sociale deprivatie.

‘De netto-overlevingsindex voor alle kankers tezamen nam tussen 1971 en 2011 substantieel toe,’ aldus de auteurs. In 1970 overleefde de helft van de patiënten 1 jaar, in 2005 5 jaar en in 2010 zal dat 10 jaar zijn. Vrouwen hebben consistent een 10% betere prognose dan mannen. De 1-jaarsoverleving in 2010 komt uit op 70%, schatten de onderzoekers. De onderzoekers en de commentator in het tijdschrift benadrukken nog eens dat de maten statistisch van aard zijn en weinig zeggen over individuele patiënten.

Lees hier het volledige artikel.