Zesentwintig mensen met kanker vroegen *wij (*Nemo Kenninslink) uitgebreid hoe ze met zichzelf omgingen in de moeilijke tijd na hun diagnose. In dit artikel lees je de resultaten van deze interviewstudie.
Mensen met kanker krijgen te maken met allerlei lichamelijke, sociale en emotionele gevolgen van de diagnose en behandeling. Ze kunnen last hebben van lichamelijke klachten zoals vermoeidheid en misselijkheid bij chemotherapie. Soms moeten mensen stoppen of minderen met werken. Of hebben ze ineens een andere rol in hun relaties, bijvoorbeeld omdat hun partner veel meer voor ze moet zorgen. Veel mensen hebben last van angst en sombere gevoelens.
Hoe gaan mensen met al de gevolgen van de ziekte om? Uit eerder onderzoek weten we dat dit te maken heeft met hoe kritisch of compassievol we naar onszelf zijn. Zelfkritiek betekent jezelf naar beneden halen en veroordelen. De focus ligt op: ‘Wat doe ik allemaal fout?’. Zelfcompassie betekent jezelf ondersteunen in moeilijke tijden. De focus ligt op: ‘Wat speelt er en wat heb ik nodig?’. We weten dat zelfcompassie helpt bij het verbeteren van je mentale gezondheid. Maar over de eigen ervaringen van mensen met kanker hiermee is nog niet zoveel bekend.
Lees hier het volledige artikel.