Bij mensen met reuma is pijn voor 75 procent de belangrijkste factor om te bepalen hoe ernstig de ziekte is. Terwijl artsen zich voor zestig procent baseren op het aantal gezwollen gewrichten. Weense onderzoekers hebben dit verschil in waarneming voor het eerst gekwantificeerd. Zij willen mensen hiermee bewuster maken van die verschillen, die nu soms leiden tot onbegrip en conflict over de behandeling. De uitkomsten van het onderzoek kunnen arts en patiënt helpen bij het gezamenlijk managen van de ziekte.
Onderzoekers van de Weense universiteit hebben het verschil in perceptie over de ernst van de ziekte voor het eerst in cijfers uit kunnen drukken. In het onderzoek is bij 646 patiënten met reumatoïde artritis en hun behandelaars zowel het oordeel van de patiënt als de arts over de ernst van de ziekte in gekwantificeerd.
Omdat pijn bij de patiënt in zo sterke mate zijn waarneming bepaalt, ziet de patiënt zijn conditie vaak ook veel somberder in dan de arts, menen de onderzoekers. En waar patiënten zich meer laten leiden door het hier en nu, houdt de arts bij de inschatting van de ernst van de situatie ook rekening met te verwachten lange termijneffecten. Dat leidt ertoe dat de patiënt soms niet begrijpt waarom de arts veranderingen wil aanbrengen in de medicijnen.
De resultaten van dit onderzoek kunnen gebruikt worden bij het verbeteren van de communicatie tussen arts en patiënt over de behandeling. Onderzoeker Paul Studenic beschreef het onderzoek in het tijdschrift Arthritis & Rheumatism van september 2012.
Bron: Reumafonds