Er zijn bij drogisterijen en online aanbieders verschillende zelftesten verkrijgbaar. Ze vertellen je of je chlamydia, een blaasontsteking of een ijzertekort hebt, maar ook of je schildklier te langzaam werkt of de kwaliteit van je sperma al dan niet in orde is. Is zo’n zelftest wel betrouwbaar?
Had je vroeger alleen zwangerschaps- en ovulatietesten in het schap bij de drogist liggen, tegenwoordig is het aanbod uitgebreid met een aantal diagnostische zelftesten op lichaamsmateriaal die als doel hebben een ziekte of risicofactor aan te tonen. Denk aan zelftesten voor soa’s, menopauze of glutenintolerantie.
Zelftest moet aan Europese wet- en regelgeving voldoen
“Als een zelftest een uitspraak doet over je gezondheid, is het een medisch hulpmiddel en moet het aan de Europese wet- en regelgeving voldoen. Dit herken je aan de CE-markering op de verpakking”, vertelt Anika Bink, afdelingshoofd Effecten Volksgezondheid van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM).
In de EU mogen alleen zelftesten met een CE-markering verkocht worden. Fabrikanten buiten de EU die zelftesten aanbieden via internet, zijn niet verplicht om aan de Europese richtlijn te voldoen, wanneer ze deze niet specifiek aanbieden voor de EU.
Lees hier het volledige artikel.