In welke mate heeft het Rijksvaccinatieprogramma bijgedragen aan het voorkomen van ziekte en sterfte sinds het begin van de 20ste eeuw?’ Dit is de vraag die Maarten van Wijhe e.a. zich stelde in zijn promotieonderzoek. Hij onderzocht de rol van het Rijksvaccinatieprogramma (RVP) in het reduceren van kindersterfte sinds de invoering in 1953 in Nederland.
Uit het onderzoek blijkt dat de sterftelast door ziekten uit het Rijksvaccinatieprogramma al geleidelijk afnam vóórdat het programma werd ingevoerd. Maar vanaf de invoering van het Rijksvaccinatieprogramma daalde het percentage van de totale sterftelast door infectieziekten uit het programma direct scherp naar bijna nul. Zijn conclusie is dat het Rijksvaccinatieprogramma een grote rol heeft gespeeld in het reduceren van kindersterfte.
Sinds 1953 zijn naar schatting tussen de 6.000 en 12.000 sterfgevallen van kinderen van 0 tot 20 jaar oud voorkomen door de vaccinaties tegen difterie, kinkhoest, tetanus, polio en mazelen vaccinaties uit het Rijksvaccinatieprogramma. Maarten zal in vervolgonderzoek kijken naar de mate van vermindering van ziektelast en ook de kosten van het programma in kaart brengen. Het complete onderzoek zal eind 2017 zal meer inzicht geven in de effectiviteit van het Rijksvaccinatieprogramma.
Lees hier het volledige artikel.